Een kangoeroe als huisdier … Is dat wel legaal? De Bennett wallaby is de enige kangoeroesoort die je in België als huisdier mag houden. Het klinkt misschien leuk om zo’n exotisch beestje in huis (of in dit geval eerder in je tuin) te halen, maar besef wel dat een Bennett wallaby bijzondere eisen aan zijn huisvesting en verzorging stelt. Daarom is het belangrijk dat je als mogelijke toekomstige eigenaar van dit prachtige dier perfect op de hoogte bent van zijn specifieke behoeften en goed overweegt of dit wel een huisdier is dat bij jou en je gezin past. 

Oorsprong: waar komt de Bennett wallaby vandaan? 

Als echte kangoeroeliefhebber is het voor jou waarschijnlijk geen verrassing dat veel kangoeroes uit Australië komen. Ook de Bennett wallaby is afkomstig uit Down Under, meer bepaald uit het oosten van het land. Door de jaren heen raakte deze kleine kangoeroe over de ganse wereld verspreid via dierentuinen en kinderboerderijen. In Europa leven zelfs enkele populaties in het wild, na ontsnappingen uit gevangenschap. Dat ze zo moeilijk terug te vangen zijn, komt doordat wallaby’s wilde dieren die niet gedomesticeerd zijn. Wel kan je hen min of meer tam maken, afhankelijk van het temperament van het individu en van de manier van opgroeien. De laatste jaren wordt de wallaby steeds populairder als weidedier.

  

Hoe ziet een Bennett wallaby eruit? 
 

Lichaamsbouw van de Bennett wallaby 

De wallaby is een middelgrote kangoeroe, met als belangrijk uiterlijk kenmerk – althans bij de vrouwtjes – de buidelzak. Omdat hij zich net als andere kangoeroes al springend voortbeweegt, heeft hij veel spieren nodig in zijn achterpoten. Geen wonder dat hij ook erg hoog kan springen! De voorpoten zijn dan weer een stuk kleiner. Een ander typisch kenmerk is de forse staart, die tot 70 centimeter lang kan worden, die het dier vooral gebruikt om op te steunen. 
 
 

Grootte en gewicht 

Een Bennett wallaby weegt tussen 15 en 30 kilogram. Mannetjes zullen vaker die bovengrens aantikken, terwijl vrouwtjes zich richting rond de ondergrens bevinden. 
 
 

In welke kleuren komt de Bennett wallaby voor? 

De meeste Bennett wallaby’s hebben de traditionele wildkleur, maar er bestaan ook albino’s.
Albino Bennett wallaby
Een albino Bennett wallaby

Huisvesting van de Bennett wallaby

De Bennett wallaby heeft nood aan een grote weide van ten minste 200 m2 voor een groep tot 5 dieren. Voor elke extra wallaby tel je daar nog minstens 20 m2 bij. Hoe meer ruimte je kan bieden, hoe gelukkiger je wallaby zal zijn. Kies voor een weide die zich op een rustige plaats bevindt. Het is geen goed idee om je wallaby naast de autosnelweg of een spoorweg te huisvesten, want dat levert hem enorm veel stress op. Ook een enthousiaste hond van de buren die voortdurend je buideldieren in de gaten houdt, is een no-go. Zorg dat de grootste delen van de weide gras als ondergrond hebben, zodat je wallaby kan grazen, maar ook stukken zand vindt hij erg fijn om in te graven.

Bij die weide hoort ook een stal waarin je wallaby kan schuilen bij koude temperaturen. Omwille van zijn Australische roots is hij namelijk niet zo goed bestand tegen de kou. Zorg er dus voor dat de stal goed geïsoleerd is en er geen wind doorkomt. Tijdens de winter zal je de stal extra moeten verwarmen met warmtelampen, de koude kan je buitenhouden met rubberen flappen. Voorzie de stal regelmatig van een schone bodembedekking zoals hooi, houtkrullen of zand. Laat de staldeur steeds openstaan zodat de wallaby zelf kan kiezen of hij binnen of buiten wil zijn. Denk er ook aan dat de Bennett wallaby enorm hoog kan springen. Een omheining van minstens 2 meter hoog is essentieel om te vermijden dat je wallaby op zichzelf de buurt gaat verkennen! Laat die omheining trouwens ook ondergronds doorlopen – zo’n 25 centimeter diep – zodat je enthousiaste huisdier zich geen weg uit het verblijf kan graven. 

Is je wallabyverblijf nu helemaal klaar? Niet zo snel! Een beetje verrijking maakt van jouw wallaby een echte geluksvogel. Daarvoor kan je kiezen voor struiken en zandkuilen, zoals we hierboven al hebben aangehaald. In het wild moet de wallaby op zoek gaan naar zijn voedsel, stimuleer hem dus om dat gedrag ook op jouw weide te kunnen uitoefenen. Verspreid daarom voedsel en takken van bijvoorbeeld wilg of fruitbomen over het hele domein. 
Bennett wallaby op gras
De Bennett wallaby eet graag een hapje gras, de hele dag door

Voeding: wat eet een Bennett wallaby? 

Een wallaby heeft vooral nood aan veel gras, dus zorg voor een voldoende grote weide waar het dier naar hartenlust kan foerageren. Dat gras vul je best aan met vers hooi, kangoeroevoer, kruiden en bladgroenten. Geef nooit stro of oud hooi met grasaren. Die veroorzaken mondproblemen bij de wallaby. 

Als je je wallaby eens een lekkere snack wil geven, bijvoorbeeld tijdens het oefenen om hem tam te maken, kan je kiezen voor kleine stukjes wortelen of appels, maar nooit te veel omwille van het hoge suikergehalte. Daarnaast kan je hem vitaminesupplementen of luzerne geven als je merkt dat je wallaby behoefte heeft aan meer voedingsstoffen (overleg met je dierenarts). 
 
 

Verzorging: hoeveel tijd heb je nodig om een Bennett wallaby te verzorgen? 

Het is belangrijk om je Bennett wallaby niet alleen elke dag vers hooi en proper water te geven, wil je je buideldier tam maken en houden, dan zit er niks anders op dan veel tijd met hem door te brengen. Ook moet je het verblijf dagelijks schoonmaken: haal de vuile bodembedekking uit de stal en vul aan met wat vers strooisel, zodat je wallaby een zachte plek heeft om te liggen. 

Na een week is het verblijf toe aan een grondige schoonmaakbeurt. Daarbij haal je alle bodembedekking uit de stal om te vervangen door een nieuwe laag. De wallaby mag dan een grazer zijn, toch zal het soms nodig zijn om het gras op de weide te maaien. Grazers knabbelen het gras namelijk niet zo netjes af als een grasmaaier, waardoor je zelf een handje zal moeten toesteken om de weide zo gezond mogelijk te houden. 

Wil je je wallaby kunnen aaien? Hou er dan rekening mee dat het best veel tijd kost om dit dier tam te maken. Het meeste kans op een sociale wallaby heb je als hij bij de fokker reeds gesocialiseerd werd. Soms lukt dat zelfs helemaal niet om een dier handtam te maken, hou dus rekening met een mogelijke teleurstelling. Denk dus goed na of je wel echt een wallaby wil. Het zou immers jammer zijn om zo’n mooi dier in huis te halen en hem enkele maanden later weer te koop te zetten, omdat je hem niet kan gewend maken aan aanrakingen. Weet ook dat een wallaby tot wel vijftien jaar oud kan worden. Een heus engagement dat je best goed voorbereidt en weldoordacht aangaat!
Een Bennett wallaby
De Bennett wallaby kan tot 15 jaar oud worden

Eén, twee of veel Bennett wallaby’s? 

Van nature leven Bennett wallaby’s liever alleen. Met een voldoende ruime stal en weide is het echter mogelijk om enkele kangoeroes samen te houden. Kies dan wel voor een groep gaat die elkaar al kent. Zet alleen dieren van hetzelfde geslacht samen en castreer de mannetjes om gevechten te voorkomen. Ook een gecastreerd mannetje met enkele vrouwtjes kan werken. 
 
   

Bennett wallaby’s en andere huisdieren

De Bennett wallaby heeft nood aan een rustige leefomgeving. Daarom zet je hem best niet bij andere huisdieren. Vooral met honden kan de wallaby het niet erg goed vinden. Misschien denk je dat je een wallaby makkelijk samen kan zetten met paarden, geiten of andere grazers omdat hij op een weide leeft, maar dat is niet het geval. Door de bijzondere huisvestingseisen van de wallaby is het geen goed idee om dit dier samen te zetten met andere soorten. 
 
 

Bennett wallaby’s en kinderen

Wallaby’s zijn niet zo makkelijk tam te maken. Wil je toch een tamme wallaby, dan zal je expliciet op zoek moeten naar een fokker die aandacht besteedt aan het hanteren van zijn dieren. Bij je bezoekje zal je meteen aan den lijve ondervinden of de ouderdieren tam zijn en hoe nieuwsgierig de jongen zijn. Omdat zo’n fokker al veel tijd heeft besteed aan de socialisatie van de wallaby’s, zijn zij al voor een groot deel gewend geraakt aan mensen in de buurt. Andere fokkers besteden echter absoluut geen aandacht aan het aaien of de socialisatie van hun wallaby’s. In dat geval is het erg moeilijk en zelfs bijna onmogelijk om de dieren alsnog tam te maken op latere leeftijd. 

Naast de opvoeding van de fokker speelt ook het karakter van de wallaby een rol. Sommige wallaby’s zijn van nature meegaander, terwijl andere argwanender in het leven staan. Het is moeilijk om bij een eenmalig bezoek in te schatten wat voor vlees je in de kuip hebt, zeker als je nog geen ervaring hebt met deze diersoort.. 

Een andere belangrijke reden waarom wallaby’s niet de meest geschikte huisdieren zijn voor kinderen, is dat zij vooral ’s ochtends vroeg en ’s avonds laat actief zijn - tijdstippen waarop jonge kinderen meestal in bed liggen. Overdag rusten wallaby’s meestal, waardoor er niet veel actie te bespeuren valt in het verblijf. Daarom kies je misschien beter voor een ander huisdier, zoals een groep geitjes of Shetlandpony’s.
 
 

Gezondheid: welke ziektes en aandoeningen komen voor bij de Bennett wallaby? 

Als je wallaby ziek is, moet je op zoek gaan naar een gespecialiseerde dierenarts. Die zoektocht is niet zo simpel, omdat de wallaby geen veelvoorkomend huisdier is in België. Zorg er daarom zeker voor dat je op voorhand al weet bij wie je terecht kan als er zich problemen voordoen. Zo bespaar je jezelf veel stress wanneer je allerliefste wallaby ziek wordt. 

De meest voorkomende aandoeningen bij de Bennett wallaby zijn de volgende: 
 
  • Inwendige parasieten 
  • Stress myopathie
  • Huidproblemen 
  • Longontsteking
  • Dikke kaak 
Wallaby in buidelzak van moeder
De wallaby leeft tot een leeftijd van acht maanden in de buidel van het moederdier

Waarop letten als je een Bennett wallaby koopt? 

Ben je na het lezen van dit artikel er toch van overtuigd dat je dit semi-wilde dier een goede thuis kan geven? Dan wacht je nu de moeilijke taak om een geschikte fokker te vinden. Omdat het een vrij zeldzaam huisdier is, klinkt dat simpeler dan het is. Toch is het belangrijk om niet tevreden te zijn met de eerste fokker die je tegenkomt. Wees kritisch en denk vooral in het belang van de dieren. Gebruik de volgende checklist tijdens je zoektocht.
 
  • Bezoek altijd meerdere fokkers voordat je overgaat tot aankoop. Op die manier krijg je een goed idee van hoe een wallabyverblijf er idealiter uitziet. Bovendien kan je zo beter inschatten welke fokkers het goed voorhebben met hun dieren. Om daarover een inschatting te maken, kan je kijken naar de gezondheid van de dieren en de verblijfsomstandigheden. Merk je op dat de dieren zwak of zelfs ziek zijn? Laat je dan zeker niet verleiden om een wallaby aan te kopen uit medelijden. Je zorgt er zo enkel voor dat deze slechte fokkers hun gang kunnen blijven gaan.
     
  • Je weet misschien dat hondenpups al na acht weken weg mogen bij hun moeder, maar bij wallaby’s is dat een heel ander verhaal. Tot wel acht maanden oud leven wallaby’s enkel op moedermelk en brengen ze het grootste deel van hun tijd door in de buidel van hun moeder. Koop je een jonge wallaby, dan heb je dus een gespecialiseerde uitrusting nodig zoals speciale melk, een buidelzak en een couveuse. Om dat tot een goed einde te brengen, is veel ervaring nodig en bovendien kan je je de vraag stellen of je deze belangrijke fase in het jonge leven van je huisdier zomaar naar je hand mag zetten. Kies dus liever voor een al wat ouder dier dat door de fokker regelmatig gehanteerd werd om het tam te maken. 
 
 

Deel dit artikel

Aanbevolen artikelen