Tip 1: Wissel niet voortdurend tussen binnen en buiten
Het is belangrijk dat je konijn of knaagdier niet steeds van binnen naar buiten wordt verplaatst. Deze dieren kunnen hun lichaamstemperatuur niet goed regelen en worden ziek van een constante wissel tussen koud en warm. Ze zouden zelfs kunnen sterven. Kies je ervoor om je konijnen of knaagdieren buiten te zetten? Zorg er dan voor dat ze al van in het voorjaar buiten zitten, zodat ze een dikke winterpels kunnen ontwikkelen die hen beschermt tegen de koude. Neem ze enkel mee naar binnen als ze daar het volledige seizoen mogen blijven. Wil je ze knuffelen? Trek warme kleren aan en geniet buiten van je dieren!Uitzondering: In enkele gevallen, zoals een hele strenge winter of bij ziekte, haal je je dier wel naar binnen. Zet hem dan niet meteen in de warmste kamer, maar laat hem eerst enkele dagen acclimatiseren in een kamer met tussentemperatuur.
Tip 2: Hou ze droog en uit de wind
Een konijn of knaagdier dat buiten leeft, moet droog, tochtvrij en uit de wind zitten. Een druppel regen of wat sneeuw hoeft niet per se slecht te zijn, zolang je dier maar in een droge, warme plek kan wegkruipen wanneer hij dat wil. Handig is om het binnenhok (de ‘slaapkamer’) dicht te maken, zodat die ruimte volledig afgesloten is van de kou.Tip 3: Isoleer het buitenverblijf
Hou kou en nattigheid uit het hok van je konijn of knaagdier. Gebruik hiervoor een isolerende beschermhoes of plexiglas. Zorg wel dat er nog een paar centimeter van het gaas openblijft voor verluchting! Ook een dikke laag hooi op de bodem van het hok doet wonderen. Hooi houdt je dieren lekker warm en heeft nog vele andere voordelen.Gebruik je een drinkfles om je dier water te geven? Isoleer de fles door er een speciaal daarvoor ontworpen jasje of een oude sok om te doen. Of wikkel de fles in bubbelfolie. Zo zal je dier nooit zonder water zitten.
Tip 4: Hulpmiddelen voor extra warmte
Wil je je dieren de mogelijkheid geven zich nog extra op te warmen? Koop dan een warmteschijf voor dieren, die je in de microgolf kan opwarmen en geleidelijk warmte verliest. Of gebruik een fleecedeken waarin je dier lekker kan cocoonen. Ook een oude trui kan een ideaal winterbed zijn. Bovendien zijn zowel konijnen en cavia’s als chinchilla’s en degoes groepsdieren: een soortgenootje om lekker tegenaan te kruipen is uiteindelijk de beste warmtebron!
Een soortgenoot om tegenaan te kruipen is een goede warmtebron
Tip 5: Dubbelcheck de beestenboel
Als je beesten buiten zitten, zie je minder snel hoe ze zich voelen en gedragen. Ga daarom meerdere keren per dag kijken hoe het met ze gaat. Zo merk je sneller een verandering in gedrag op, die onder meer kan wijzen op onderkoeling. Check hoe actief je dieren zijn, of hun nekvel niet te koud aanvoelt en of ze nog goed eten. Je knagers zullen je dankbaar zijn!Heb je ook schapen en geiten in de weide staan? Check onze wintertips om de kou te trotseren!
