Heb jij een stel kippen in je tuin dat regelmatig voor je ontbijt zorgt? Dan heeft het fenomeen ‘ei’ vast geen geheimen voor jou. Of toch wel? Want over eieren en eieren leggen doen heel wat halve waarheden en hele leugens de ronde. Zelfs een ervaren kippeneigenaar zou ervan gaan twijfelen … In dit artikel bevestigen of ontkrachten we voor eens en voor altijd 7 hardnekkige mythes over eieren. 

Mythe #1: Bruine eieren zijn beter dan witte eieren  

 

NIET WAAR 

 
Volkorenpasta, bruin brood, zilvervliesrijst … Ergens in onze hoofden zit de zin ‘donker is gezonder’ geprogrammeerd, maar het echte leven is zelden zo zwart-wit. Heb jij bijvoorbeeld ooit al gedacht dat cola beter is dan bruiswater? 
 
De inhoud van een wit ei moet niet onderdoen aan dat van een bruin ei. ‘Een ei is een ei’ en welke schaal daar omheen zit, heeft geen invloed op de kwaliteit van de binnenkant. Dat bruine eieren door Jan Modaal als ‘gezonder’ aanvoelen, heeft vermoedelijk te maken met een historisch feit: de allereerste scharreleieren die onze supermarkten verschenen, waren bruin. Onze kleurvoorkeur is trouwens cultureel bepaald: in Frankrijk en in de Verenigde Staten zijn witte eieren het summum! 
 
 

Mythe #2: Bruine kippen leggen bruine eieren, witte kippen leggen witte eieren 

 

NIET WAAR 

 
De kleur van de eischaal is een kenmerk dat verschilt per kippenras, maar het is niet zo dat de veerkleur van een kip verklapt wat voor eieren ze legt. Toch kan je aan de buitenkant van een kip zien wat haar eikleur is. Dan moet je inzoomen op haar ‘oorlellen’: een kip met rode oorlellen legt bruine eieren, een kip met witte oorlellen legt witte eieren. 
Witte hen met rode oorlellen
Een witte hen met rode oorlellen legt bruine eieren 
Bruine hen met witte oorlellen
Een bruine hen met witte oorlellen legt witte eieren 

Mythe #3: Een kip legt elke dag een ei 

 

NIET WAAR 

 
Het ene kippenras legt vaker eieren dan het andere, maar zelfs een rasechte legkip raakt niet aan 365 eieren per jaar. Dat komt omdat het kippenlichaam meestal nét iets meer dan 24 uur nodig heeft om een volwaardig ei te produceren. Legt je kip op dag 1 een ei rond 9u ‘s morgens, dan gebeurt dat de volgende dag 1 à 2 uur later. Wanneer ze een aantal dagen later pas tegen de avond klaar is om een ei te droppen, last de kip een pauze in van 1 à 2 dagen. Daarna start ze een nieuwe legreeks en begint ze weer ‘s morgens te leggen. In de herfst, wanneer de dagen kouder worden, gaat alle energie van een kip tijdelijk naar het aanmaken van een nieuw verenkleed. Tijdens de rui ligt de eiproductie dan ook een maand (of anderhalf) helemaal stil.
 
 

Mythe #4: Hoe geler de dooier, hoe lekkerder het ei 

 

NIET WAAR 

 
De smaak van een eitje wordt niet bepaald door de kleur van haar dooier. Wel zegt die kleur iets over het voedsel dat een kip krijgt. Hoe meer ‘carotenoïden’ een kip via haar voedsel opneemt, hoe kleuriger de eidooier wordt. Carotenoïden zijn (smaakloze) kleurstoffen die planten geel, oranje of rood kleuren en die zich ophopen in het vette gedeelte van een ei (de dooier). Omdat tuinkippen gevarieerder eten dan kippen uit de voedingsindustrie hebben ze doorgaans een smakelijker gekleurde dooier. Hou jij van felgele eitjes? Geef je kippen dan af en toe wat pompoen, maïs of geraspte wortelen. Ook heel wat groene groenten bevatten trouwens ongemerkt dit type kleurstof: o.a. spinazie, boerenkool en broccoli. 
 
 

Mythe #5: Een bevrucht ei mag je niet eten 

 

NIET WAAR 

 
Woont er een haan bij je toom kippen, dan is de kans groot dat hij regelmatig de eieren van je kippen bevrucht. Wanneer je kippen niet broeds zijn, hoef je je geen zorgen te maken. Een embryo kan zich enkel ontwikkelen wanneer het ei lekker warm gehouden wordt. Zolang je dagelijks eieren gaat rapen, zie (en proef) je dus geen verschil tussen bevruchte en niet-bevruchte eieren. Sommigen claimen dat bevruchte eitjes zelfs gezonder zouden zijn, maar ook dat is een mythe. 
Eieren in allerlei kleuren in een eierdoos
Welke kleur een ei ook heeft, de inhoud is hetzelfde 

Mythe #6: Eieren hoeven niet in de koelkast 

 

NIET (HELEMAAL) WAAR

  
De meeste mensen bewaren hun eieren in de koelkast en dat houden we maar beter zo. Toch is het niet zo dat een ei meteen slecht wordt bij temperaturen hoger dan 4°C. Gelukkig maar, anders kon geen enkele kip veilig haar eieren uitbroeden! Maar bij lage temperaturen ben je er zeker van dat eieren langer vers blijven én dat bacteriën geen enkele kans krijgen. 
 
Waarom worden eieren in de supermarkt dan niet gekoeld? Ook dat is om ongewenste bacteriegroei te voorkomen. Want wat gebeurt er wanneer je een doosje ijskoude eieren in je kar legt? Net hetzelfde als wat er gebeurt met je badkamerspiegel wanneer je een douche neemt: condensvorming! Wanneer een koud eitje in een warme omgeving komt, ontstaat er condens op de eischaal: een laagje water dat ideaal is om bacteriën te laten groeien. Om dat te voorkomen, wordt de temperatuur van supermarkt tot keuken zo constant mogelijk gehouden. Omdat eitjes meestal slechts een dag of twee in de supermarkt blijven staan, zijn de voordelen van ongekoeld bewaren groter dan de nadelen. Maar eens thuisgekomen, is de beste bewaarplaats voor je eieren de koelkast. 
 
 

Mythe #7: Blauwe of groene eieren bevatten geen cholesterol 

 

NIET WAAR 

 
We vertelden hierboven al dat de schaalkleur geen invloed heeft op de inhoud van een ei. Dat is ook het geval bij blauwe of groene eieren, meestal gelegd door de Araucanakip. Dat is een Zuid-Amerikaans kippenras dat bijzondere eitjes legt. Omwille van hun kleur, niet omwille van hun gezondheidsvoordelen. Tenzij je in rekening brengt dat Araucana’s doorgaans iets kleinere eieren leggen - daar zitten dus sowieso iets minder vetten in … 
 
Trouwens, tweederde van de vetten in een ei bestaan uit onverzadigde vetzuren. In de volksmond noemen we die ook wel eens ‘goede’ vetten, waardoor eieren minder slecht zijn voor het cholesterolgehalte in je bloed dan mensen doorgaans denken. 

Deel dit artikel

Aanbevolen artikelen