Beestig

Hoe ontstaan tandproblemen bij een kat? 

Een goede mondhygiëne is cruciaal voor een gezond gebit, maar slechts weinig katteneigenaars gaan ook actief aan de slag met tandenborstel en kattentandpasta. Het is dan ook een niet te onderschatten klus: om aan te leren én om dagelijks vol te houden. Geen wonder dus dat 80 procent van de katten van drie jaar en ouder last heeft van tandvleesontstekingen - vaak zonder dat de eigenaar het doorheeft. 
 
Telkens wanneer een kat langs haar voerbak passeert, blijven er kleine restjes eten achter in de mond. Ze vormen de ideale broeihaard voor ‘tandplak’: een laagje bacteriën dat zich op de tanden hecht en lustig van al dat overgebleven voedsel eet. Als je er snel bij bent, kan je het nog wegpoetsen, maar dan moet je dat dagelijks doen. Achterblijvende bacteriën veroorzaken ontstekingen van het tandvlees en vaak verhardt tandplak tot ‘tandsteen’, een goedje dat helemaal niet meer weg te schrobben valt met een gewone poetsbeurt. 
 
Ontstoken tandvlees of gingivitis is een erg pijnlijke aandoening die je herkent aan het rode randje aan de tandbasis dat snel begint te bloeden. Doe je daar niks aan, dan kan de ontsteking zich een weg banen tussen tand en tandvlees richting wortel. Dan spreken we van ‘parodontitis’, een ernstige mondaandoening waarbij de tanden zo fel aangetast worden dat ze uiteindelijk uitvallen. 

Het enige wat je nu nog kan doen is het gebit van je kat laten reinigen door de dierenarts. De slechtste tanden worden verwijderd, zodat je kat opnieuw pijnvrij door het leven kan. Bovendien voorkomt het complicaties, want een onbehandelde tandvleesinfectie kan zich verspreiden over andere organen en zo bijvoorbeeld het hart aantasten. Daarom is het zo belangrijk om na een professionele gebitsreiniging het heft in eigen handen te nemen, bijvoorbeeld door te veranderen van voer of door dagelijks te poetsen. 
 

Andere oorzaken van een slechte adem bij katten 

Parodontitis is dus met stip de belangrijkste oorzaak van een stinkende bek bij je huistijger, maar het is noodzakelijk om ook andere pistes te onderzoeken. Zo ontwikkelen katten met een verminderde weerstand (bijvoorbeeld wanneer ze besmet zijn met FIV/kattenaids of FeLV/leukemie) sneller tandproblemen dan andere. 
 
Maar er zijn nog meer aandoeningen die aan de basis kunnen liggen van een slechte adem: 
 

• Vreemd voorwerp onder het tandvlees

  Een restje voedsel, een haartje, een grasaar … allemaal kleinigheden die grote problemen kunnen opleveren wanneer ze zich tussen tand en tandvlees nestelen en daar beginnen te rotten.
   

• Oraal trauma

  Een afgebroken tand, een slag op de kaak, een beet in een elektriciteitskabel … langs de buitenkant zie je het vaak niet, maar binnenin de kleine kattenmond kunnen heel wat verborgen gebreken zichtbaar worden.
   

• Huidproblemen in/om de mond

  Sommige katten ontwikkelen zweren in de mond, maar ook tumoren zijn niet ondenkbaar.
   

• Suikerziekte of diabetes

  De adem van katten met deze ziekte ruikt fruitig of naar aceton (nagellakremover) omdat het bloed te veel ketonen bevat.  
   

• Nierproblemen

  Ook problemen ter hoogte van de nieren kan je soms ruiken in de kattenbek. Omdat de nieren hun werk niet meer doen, stapelen afvalstoffen zoals ureum en ammoniak op in het bloed. De kattenadem krijgt dan letterlijk een pisgeur. 
   

• Leverproblemen

  Ook wanneer de lever aangetast is, ruik je dat aan de adem van je kat. Het is vaak een van de eerste symptomen die opgemerkt wordt, samen met regelmatig braken.  

Ga tijdig naar de dierenarts! 

Natuurlijk zijn er ook minder ernstige oorzaken die een stinkende bek kunnen verklaren. Misschien heeft je kat ergens een lekkere hap vis gescoord, verorberde ze met veel smaak een muis of at ze iets anders waarvan jouw maag zich binnenstebuiten keert. Wanneer dat het geval is, duurt het ongemak slechts enkele uren en ruikt je kat al gauw weer naar het schattige kitten dat ze ooit was. 
 
Blijft de stank aanwezig, ga dan tijdig langs bij je dierenarts. Neem ook een lijstje mee met eventuele andere symptomen die je opmerkt zoals kwijlen, brokjes laten vallen, moeilijk slikken, gewichtsverlies, verminderde eetlust, minder of meer drinken, verminderde activiteit, minder vachtverzorging, veranderde kattenbakroutine, diarree … En vergeet niet om een plan op te stellen om de tanden van je kat voortaan te poetsen.