Stel, je hebt een oudere kat of hond met een goedaardige tumor. Bij de dierenarts kan je die via een chirurgische ingreep onder narcose laten wegnemen, maar is dat wel een goed idee? Veel mensen vrezen dat hun oude huisdier schadelijke effecten van de anesthesie zal ondervinden of erger nog: dat hij ‘erin zal blijven’. Is die bezorgdheid terecht? We legden deze vraag voor aan onze Beestige dierenarts Rob Lückerath van Dierenartsencentrum DNA.

Kan je huisdier te oud zijn voor een ingreep onder narcose?

Eerst en vooral: ouderdom is geen ziekte. Elk dier wordt ouder, dat is nu eenmaal het leven. Wat bij het verouderen gebeurt, is dat de lichaamsfuncties langzaamaan afnemen, waardoor anesthesie bij oudere huisdieren wel wat gevoeliger ligt dan bij een jongere kat of hond. Dat betekent echter niet dat je een belangrijke ingreep zomaar moet uitstellen of zelfs niet laten uitvoeren. Een tumor die niet behandeld wordt, zal immers alsmaar groter worden, waardoor de gezondheid en de levenskwaliteit van je hond of kat gaandeweg in het gedrang zullen komen. Zo kan een goedaardige tumor bij de keel door de ligging al snel kwaadaardig worden omdat hij de keel langzaamaan dicht zal duwen.
 
Jammer genoeg kunnen jouw huisdieren zelf niet beslissen over het wel of niet ondergaan van een operatie. Misschien zou je seniorkat wel graag verlost zijn van die tumor als ze zelf mocht kiezen? Jij hebt dus de belangrijke taak om die beslissing in hun plaats te nemen.
Kat op operatietafel
Je kat kan helaas niet zelf beslissen of ze een medische ingreep al dan niet wil ondergaan, dus zal jij als baasje die belangrijke beslissing moeten nemen in haar plaats
Overleg dan ook altijd goed met je dierenarts en vraag steeds naar alle mogelijke scenario’s – met de bijbehorende voor- en nadelen – voor je een definitieve beslissing neemt. Zo kan je kiezen voor de optie waar jij je het beste bij voelt. Je kan erop vertrouwen dat jouw dierenarts je nooit zal dwingen in een bepaalde richting, en bovendien zal hij of zij nooit een operatie uitvoeren als de kans groot is dat het dier die niet zou overleven. Stel jezelf vooraf ook de vraag of je deze operatie zou laten uitvoeren als het om een jonge kat of hond ging. Is het antwoord op die vraag ‘ja’? Dan kan je de ingreep maar beter laten doorgaan. 
 
 

Hoe verloopt een operatie bij een oudere kat of hond?

Stap 1: Voorbereidend bloedonderzoek

Anesthesie bestaat uit drie elementen: eerst en vooral breng je het dier in slaap, vervolgens moet je ook de pijn wegnemen en tot slot is het ook essentieel dat bepaalde spieren niet langer samentrekken. Het lichaam van het dier mag niet meer bewegen, maar het moet wel nog kunnen ademen en het hart moet blijven kloppen. Een dier onder narcose brengen, is dus niet zo eenvoudig. Vooral het type en de dosis van de anesthesie zijn erg belangrijk.
 
Daarom zal de dierenarts bij een ouder dier altijd wat voorzichtiger zijn en eerst een uitgebreid bloedonderzoek uitvoeren vooraleer het in slaap wordt gebracht. Hierbij kijken we naar verschillende zaken: 
 
  • Zijn er voldoende rode bloedcellen, zodat het vlotte en efficiënte transport van zuurstof via het bloed gegarandeerd is?
     
  • Zijn er voldoende witte bloedcellen, zodat het afweermechanisme van het dier sterk genoeg is om de ingreep te doorstaan?
     
  • Zijn er voldoende bloedplaatjes, zodat het bloed snel genoeg kan stollen en het dier na de ingreep niet blijft bloeden? 
     
  • Hoe zit het met de biochemische samenstelling van het bloed? Werken de alvleesklier, de lever, de nieren … naar behoren?
Dierenarts neemt bloedstalen van een golden retriever
Een uitgebreid bloedonderzoek voorafgaand aan een ingreep onder narcose is zeker bij oudere dieren belangrijk

Stap 2: Toedienen van de anesthesie

Als de resultaten van dit bloedonderzoek gunstig zijn en het dier heeft geen onderliggende ziekte zoals diabetes, nierfalen en long- of spijsverteringsproblemen, dan krijgt de hond of kat groen licht voor de ingreep onder narcose. Wel wordt er eerst – via een katheter in een ader – een pre-anestheticum toegediend om te kijken of de lichaamsfuncties van het dier stabiel blijven. Wanneer blijkt dat het hart bijvoorbeeld niet goed blijft kloppen, dan kan de anesthesie nog worden aangepast voor de operatie van start gaat. 
 
Als de hond of kat erg onrustig is, krijgt het dier soms ook een pre-anestheticum toegediend in de spieren, zodat het kalmeert en er nadien makkelijker een katheter kan gezet worden voor de échte anesthesie. Dit hangt allemaal af van de toestand van het dier in kwestie. 
 
Zijn er echter geen problemen, dan zal een oude hond of kat in principe dezelfde anesthesie als een jonger dier toegediend krijgen.
 
 

Stap 3: Positionering op de operatietafel

Eens de anesthesie is ingespoten, krijgt het dier via een tube in zijn bek een speciaal gas toegediend. Eigenlijk is dit net hetzelfde middel wat jij als mens krijgt wanneer je onder narcose wordt gebracht. Het dier zal nu snel in slaap vallen en blijft een tijdje onder zeil, net zolang als nodig is om de chirurgische ingreep uit te voeren. 
 
Zeker bij oudere dieren is het belangrijk dat ze in een comfortabele houding liggen tijdens de operatie. Hun lichaam is namelijk al wat strammer en minder flexibel, waardoor ze de dag nadien last van spierpijn of kneuzingen kunnen krijgen als ze te lang in een onaangename positie hebben gelegen. Daarom zal de dierenarts jouw huisdier op een zacht, verwarmend matje met ondersteunende kussentjes leggen, zodat hond- of poeslief niet rechtstreeks op de harde, koude operatietafel moet liggen. Het dier wordt ook meestal op de rug gelegd, waarbij de pootjes voorzichtig uitgestrekt en vastgemaakt worden, zonder iets te forceren.
Zeker voor oudere, minder flexibele dieren is het belangrijk dat ze in een comfortabele houding liggen tijdens de ingreep. Een zacht, warm matje op de operatietafel is geen overbodige luxe!

Stap 4: Ontwaken na de ingreep

Hoe komt je dier dan uit die narcose? Als alles goed verlopen is, wordt na de operatie de gaskraan dichtgedraaid – de zuurstof blijft wel aan – en gaat je hond of kat naar de ‘recovery’ om te recupereren. In een verwarmde ruimte kan het dier nu rustig bekomen van de ingreep tot de anesthesie is uitgewerkt. Indien nodig wordt nog een extra infuus toegediend om wat makkelijker te herstellen. 
 
De dag nadien bestaat de kans dat je huisdier  niet zo makkelijk wil eten en dat hij misschien ook wat zal kuchen. Niet zo gek natuurlijk, als je zo’n tube in je keel hebt gehad! Om te vermijden dat je hond of kat hier te veel last van zou hebben, brengt de dierenarts vaak eerst een speciale gel aan in de keel van het dier. 
 
 

Extra: belangrijke tip voor katteneigenaars

De tanden van een kat gaan steeds meer achteruit naarmate ze ouder wordt. Daarom laat je het gebit van je kat eigenlijk best elke twee jaar eens grondig onder handen nemen door je dierenarts. Hou hier ook niet mee op wanneer je kat een bepaalde leeftijd heeft bereikt, omdat je opziet tegen de impact van de narcose. Een kat met een slecht gebit krijgt tijdens het ademen en het eten allerlei bacteriën mee naar binnen, die via de longen en de slokdarm in de bloedbaan terechtkomen. Met alle vervelende en pijnlijke gevolgen van dien voor je seniorkat …
 
 

Deel dit artikel

Aanbevolen artikelen