Beestig

Oorsprong – waar komt de Welsh pony vandaan?

Welsh pony’s vinden hun oorsprong in Groot-Brittannië, meer bepaald in Wales. Jarenlang trokken de pony’s in weer en wind door de heuvelachtige en ruige Welshe landschappen. Deze zware levensstijl heeft hen gemaakt tot de stevige, stoere pony’s die ze vandaag zijn. Omstreeks 1500 kwam de Welsh voor een nog grotere uitdaging te staan: koning Hendrik VIII probeerde alle kleine paarden uit te roeien met de bedoeling de fokkerij te ‘verbeteren’. Gelukkig kreeg ook dit de Welsh pony’s niet klein! In 1901 stampte men uiteindelijk de Welsh Pony & Cob Society uit de grond en verdeelde men het ras in vier verschillende secties. Sindsdien nam de populariteit van de pony’s alleen nog maar toe.
 
 

Uiterlijk – hoe herken je een Welsh pony? 

Welsh pony’s vertonen enkele uiterlijke gelijkenissen met het Arabische paard. Hun fijne, edele hoofdje met spitse oren en een lichte deuk in de neus lijkt bijvoorbeeld bijzonder hard op dat van hun volbloed vrienden. De schofthoogte en lichaamsbouw van de pony’s is deels afhankelijk van de sectie (A, B, C of D) waartoe ze behoren. In het stamboek wordt iedere vachtkleur erkend, behalve bont. De meeste Welsh pony’s hebben een zwarte, vos, bruine of schimmelkleur.
 
 

Grootte en gewicht – hoe groot en zwaar wordt de Welsh pony?

Er zijn verschillende types Welsh pony’s, afhankelijk van hun grootte en lichaamsbouw. De kleinste variant is de Welsh Mountain (sectie A) met een schofthoogte tot 1m22. De grootste variant staat bekend onder de naam Welsh Cob (sectie D) en heeft een schofthoogte van minimum 1m37. Tussen deze twee uiterste varianten bevinden zich de ‘gewone’ Welsh pony (sectie B) met een stokmaat tussen 1m22 en 1m37 en de Welsh pony van het Cob-type (sectie C) met een schofthoogte tot maximum 1m37. Het Cob-type is robuuster gebouwd en heeft steviger benen dan de gewone Welsh pony. Afhankelijk van hun schofthoogte en lichaamsbouw wegen de pony’s tussen 250 en 500 kilogram.

Karakter en opvoeding – de Welsh pony is een echte kindervriend

De Welsh is dé kinderpony bij uitstek. Omdat hij in verschillende groottes voorkomt, kan het ras zowel kleine als grotere kinderen bekoren. De pony’s zijn van alle markten thuis: je kan hen berijden, voor de koets spannen of gewoon lekker knuffelen en borstelen. Zowel in dressuur als in jumping kunnen ze meer dan gewoon hun mannetje staan. De Welsh is een erg vriendelijke en betrouwbare pony die geschikt is voor beginnende paardeneigenaars, maar ook in de sport doet hij het goed. Pony’s van dit ras werken graag voor hun ruiteren kunnen best wel pittig zijn om te berijden. Leer je pas paardrijden of ben je nog een beetje bang? Dan kan hun voorwaartse drang misschien wat overweldigend zijn. Je kiest dan best voor een rustigere pony of de Welsh Cob, die van nature iets kalmer is.
 
Pony’s zijn echte kuddedieren en hebben dus gezelschap nodig van andere paarden of pony’s. Zorg er dus voor dat jouw toekomstige Welsh minstens één weidemaatje heeft om zich mee te vermaken. Kleine rassen zoals de shetlandpony zijn ideale gezelschapsdieren, maar ook een iets ouder paard op pensioen kan een goede keuze zijn.
 
 

Voeding en verzorging – welke verzorging heeft een Welsh pony nodig? 

Zoals vele pony’s loopt de Welsh een relatief hoog risico op overgewicht. Stem daarom de hoeveelheid voeding die je geeft goed af op de lichaamsbouw en het activiteitsniveau van het dier. Hoe meer je hem berijdt, hoe meer voeding hij mag krijgen. Het dieet van een pony bestaat eerst en vooral uit hooi van goede kwaliteit; zo’n 4,5 kilogram per dag. Verder kan je hen brokken geven, aangevuld of afgewisseld met bietenpulp, groenten en fruit, eventueel enkele supplementen en een gezond snoepje zo nu en dan. Je paard of pony moet steeds de mogelijkheid hebben om minstens enkele uren per dag de benen te strekken op de weide of een paddock, het liefst van al staat hij op een vrije uitloop of paddock paradise met schuilmogelijkheden. Check vooraf je weide op giftige planten of andere schadelijke gewassen. Ieder paard moet bovendien op elk moment toegang hebben tot proper drinkwater. 
 
Naast het voederen van jouw pony, moet je ook de stal en weide onderhouden! Iedere dag verwijder je minstens één keer mest uit de stal en van op de weide. Eenmaal per week mest je de volledige stal uit en vervang je de oude, vieze bodembedekking door een nieuwe laag. 
 
Verder bestaat de standaard verzorging van een Welsh pony uit het borstelen van de vacht en de manen, en het uitkrabben van de hoeven. Vergeet niet om jaarlijks een afspraak bij de paardentandarts te boeken en ook regelmatig de hoefsmid op te bellen. Check ook op dagelijkse basis de algemene gezondheid van je pony. Eet en drinkt hij nog genoeg? Heeft hij veel energie of ziet hij er eerder lusteloos uit? Heeft hij nergens wondjes of andere kwetsuren? Tot slot laat je jouw Welsh pony best vaccineren voor onder andere tetanus, droes, het westnijlvirus en rhinopneumonie.

Gezondheid en levensverwachting – voor welke kwaaltjes en ziektes is de Welsh pony vatbaar?

Welsh pony’s kunnen tot 35 jaar oud worden. Dit ponyras is over het algemeen erg gezond en sterk, maar je moet toch opletten voor deze typische aandoeningen:
 

• Hoefbevangenheid: pony’s kunnen al snel te zwaar worden en lopen daardoor een hoger risico om hoefbevangen te worden. Hoefbevangenheid is een aandoening in de hoef waarbij de hoeflamellen ontsteken. Hierdoor kan de verbinding tussen de hoefwand en het hoefbeen verbreken, en kan dat bot verschuiven of draaien. De hoef en het been zwellen op en het paard krijgt koorts en veel pijn.

  

• Equine Cerebellar Abiotrophy (ECA): de inmenging van Arabisch bloed bij Welsh pony’s brengt ook enkele negatieve kanten met zich mee. Zo zijn de pony’s gevoelig voor erfelijke aandoeningen die ook bij de arabier voorkomen. Bij ECA zijn er problemen met het deel van de hersenen dat helpt bij het controleren van bewegingen en coördinatie. Veulens hebben dan moeite met het behouden van hun evenwicht, kunnen moeilijk opstaan of vallen snel om. 

   
 

Waarop moet je letten bij het kiezen van een Welsh pony?

 

• Het houden van een pony brengt heel wat verantwoordelijkheden met zich mee. Zo moet je hem iedere dag voederen en verzorgen, en zal je ook regelmatig de stal moeten uitmesten. Bovendien worden de meeste pony’s best oud, en zal je deze taken dus verschillende jaren moeten uitvoeren. Zoals je al hoort, moet je dus goed nadenken of je dit engagement wil aangaan, vooraleer je overgaat tot de aankoop van een pony of paard.

 

• Heb je al nagedacht over waar je het dier zal huisvesten? Huur je een box bij een manege of pensionstal, of heb je een eigen weide ter beschikking? In het eerste geval is het belangrijk goede afspraken te maken over hoe vaak je hem kan bezoeken, wie de pony zal voederen, de stal zal uitmesten, hem op de weide zal zetten … In het tweede geval zijn er een aantal zaken die je zeker moet checken vooraleer je nieuwe compagnon aankomt. Allereerst voorzie je een stevige, waterdichte (schuil)stal waarin de pony kan schuilen bij slecht weer. In de stal ligt een dikke laag bodembedekking en hangen een eet- en drinkbak. Wat de bodembedekking betreft, heb je de keuze uit verschillende materialen zoals stro, houtkrullen, vlaslemen … Verder is de weide voorzien van een goede omheining, zodat jouw pony niet meteen de straat op loopt zodra hij arriveert. Zoals eerder vermeld, is het van belang je weide goed te checken op giftige planten zoals Jacobskruiskruid. Last but not least: zorg zeker en vast voor een weidemaatje zodat je Welsh pony niet eenzaam wordt!

 

• Ook als je op vakantie bent, moet jouw pony verzorgd worden. Als hij al op een manege of pensionstal staat, kan je de eigenaars vragen de verzorging tijdelijk op zich te nemen. Staat hij bij jou thuis, dan kan je hem gedurende je vakantie naar een pensionstal brengen of kan je iemand uit je omgeving vragen het dier enkele dagen te voederen.

 

• Nu alle praktische zaken in orde zijn, kan je aan de zoektocht beginnen. Je kan de Welsh pony op verschillende plaatsen kopen: bij een fokker, een particuliere verkoper, online zoekertjessites … Ben je nieuw in de paardenwereld, dan kan het een goed idee zijn een ervaren paardeneigenaar mee te nemen bij het bezoeken van een pony. Hij of zij kan je helpen bij het zoeken van de ideale match én heeft een geoefend oog om eventuele gebreken sneller op te merken. Wil je ook op je Welsh rijden, dan kan je best ook even een proefritje maken. In het beste geval neem je hem ook even de straat op, om te zien hoe hij reageert op verkeer en andere vreemde geluiden.

 

• Paarden en pony’s zijn best zowel klinisch als röntgenologisch gekeurd door een dierenarts. Zo ben je zeker dat het dier geen verborgen kwetsuren heeft die later de kop opsteken. Het laatste wat je wil is meteen een kreupele pony in de weide, toch?

 

• Heb je de pony van je dromen gevonden? Top! Na aankoop krijg je de stamboekpapieren en het vaccinatieboekje mee.

Dit zijn nog andere sterke pony- en paardenrassen:

 

• Connemara: net zoals de Welsh is de connemara een populaire (sport)pony. Vooral in jumping behalen ze steengoede resultaten. De stokmaat van de connemara varieert van 125 tot 152 centimeter en is niet opgedeeld in verschillende secties.

 

• Fjord: van de ene robuuste pony naar de andere. De fjord is een stevige kerel met een hoge aaibaarheidsfactor en een prachtige hanenkam die geen paard evenaart.

 

• Haflinger: in tegenstelling tot bij de Welsh pony is er in het stamboek van de haflinger slechts één vachtkleur toegestaan: vos met blonde of grijze manen. Het is een krachtige pony met een groot uithoudingsvermogen, die uiterst geschikt is voor stevige wandelingen, al dan niet voor de koets.