Een klein maar super elegant en dapper paardje: dat is het miniatuurpaard. Zoek je het ideale gezelschapsdier voor je andere pony’s of wil je toch liever pronken op shows? Met het miniatuurpaardje kan het allemaal! Ondanks hun kleine gestalte vereisen ze evenveel verzorging als hun grotere varianten. Het zijn en blijven paarden die dagelijks tijd en geld kosten, dus denk goed na vooraleer je beslist er eentje aan te kopen. Bovendien lopen ze het risico op enkele genetische aandoeningen. Ga dus op zoek naar een goede fokker die de gezondheid van zijn dieren hoog in het vaandel draagt en de nodige tests uitvoert.

Oorsprong – waar komt het miniatuurpaard vandaan?

Het miniatuurpaard ontstond omstreeks 1600 uit de selectieve kruising van verschillende (kleine) paarden- en ponyrassen. Aanvankelijk waren ze vooral in de Verenigde Staten bekend, waar men de kans schoon zag de kleine paardjes te gebruiken om in de mijnen te werken. Het was dan ook in Amerika dat de twee hoofdregisters, de American Miniature Horse Association (AMHA) en de American Miniature Horse Registry (AMHR), werden opgericht. Pas later werden miniatuurpaardjes ook bij ons populair en ontstonden hier de eerste verenigingen en clubs. Momenteel bestaan er verschillende stamboeken van miniatuurpaarden zoals de Falabella, NAS, AMHA, NMPRS en zelfs het BMP of het Belgische Miniatuurpaard.

 

Uiterlijk – hoe herken je een miniatuurpaard? 

Miniatuurpaarden lijken een beetje op een Arabier, maar dan veel kleiner. Ze hebben hetzelfde knikje op hun neus en hun lichaamsbouw is een pak sierlijker en verfijnder dan dat van een pony – daarom spreken we ook over minipaarden en niet over minipony’s. Volgens de rasstandaard worden alle vachtkleuren en aftekeningen toegestaan
lopend miniatuurpaard
Een miniatuurpaard wordt maximum 106 centimeter groot

Grootte en gewicht – hoe groot en zwaar wordt het miniatuurpaard?

Miniatuurpaarden zijn, zoals hun naam al doet vermoeden, liefst zo klein mogelijk. Alle schofthoogtes zijn toegelaten, zolang ze de grens van 106 centimeter niet overschrijden. Bovendien wordt het ras onderverdeeld in twee secties naargelang de schofthoogte van de dieren. Sectie A bevat paarden tot en met een hoogte van 86,5 centimeter en sectie B bevat alle andere schofthoogtes tot en met de uiterlijke grens van 106 centimeter. Het gewicht van een miniatuurpaard is natuurlijk afhankelijk van zijn grootte en leeftijd, maar schommelt gemiddeld tussen 90 en 200 kilogram.

 

Karakter en opvoeding – het miniatuurpaard is een manusje-van-alles

Miniatuurpaarden zijn vriendelijke, aanhankelijke paarden die bereid zijn om hard te werken. Ze zijn over het algemeen heel gehoorzaam, maar kunnen soms een beetje koppig zijn en hun eigen willetje doordrijven. Zoals het een goede paardentrainer betaamt, kom je met een consequente aanpak, voldoende herhaling en regelmatige beloningen al een heel eind. 
 
Je zou het op het eerste gezicht misschien niet zeggen, maar miniatuurpaarden zijn erg veelzijdig. De meeste mensen kopen dit ras als gezelschapsdier voor hun andere paarden of nemen de dieren mee naar paardenshows waar de ‘mooiste’ en ‘meest perfecte’ mini’s prijzen kunnen winnen. Toch kunnen ze nog veel meer dan dat! Zo kunnen ze aangespannen worden, deelnemen aan jumpings of zelfs bereden worden door de allerkleinsten. Ook mensen uit de fokkerswereld zijn dol op het sierlijke uiterlijk van deze kleine paardjes. Dankzij hun lieve, zachtaardige karakter worden miniatuurpaarden eveneens ingezet als therapiedier bij mensen met fysieke of mentale beperkingen

Zoals alle paarden, zijn ook miniatuurpaarden allesbehalve geschikt om alleen op een weide te staan. Het zijn rasechte kuddedieren en ze vertoeven het liefst in het gezelschap van meerdere soortgenoten. Dit is dus zeker iets om in het achterhoofd te houden wanneer je overweegt er eentje (lees: twee) aan te kopen. 
miniatuurpaard springen
Miniatuurpaarden hebben vele talenten: van jumping …
zijaanzicht miniatuurpaard
… tot schoonheidswedstrijden

Voeding en verzorging – welke verzorging heeft een miniatuurpaard nodig? 

Net zoals grotere paarden, hebben ook miniatuurpaarden dagelijks verzorging nodig. Je geeft ze eten en drinken en om wormen te voorkomen, verwijder je ook iedere dag mest van op de weide en in de stal. Eenmaal per week mest je de volledige stal uit en voorzie je deze van een vers laagje stro, vlaslemen of houtkrullen. Verder borstel je meerdere keren per week hun vacht en krab je hun hoeven uit. Een jaarlijks bezoekje van de paardentandarts is essentieel om gebitsproblemen te voorkomen, en ook de hoefsmid kan best om de 6 tot 8 weken worden ingepland. 
 
Paarden die op een weide staan, eten zo goed als heel de dag door. Verdeel de weide liefst in verschillende percelen om de dieren steeds op nieuwe, onaangeroerde stukken gras te zetten én om controle te houden over de hoeveelheid die ze binnenkrijgen. Ze moeten bovendien steeds onbeperkte toegang hebben tot schoon drinkwater.
 
Voornamelijk in de winter moeten miniatuurpaarden wat extra bijgevoerd worden. Geef ze daarom dagelijks voldoende hooi en paardenbrokken om hun buikjes gevuld te houden. De hoeveelheid brokken is afhankelijk van de leeftijd, de grootte, het gewicht en het activiteitsniveau van het paard. Opgelet: omwille van hun kleine postuur worden miniatuurpaarden al snel te zwaar. Bereken dus goed welk dieet geschikt is voor jouw paard en geef hem voldoende beweging.  

 

Gezondheid en levensverwachting – voor welke kwaaltjes en ziektes is het miniatuurpaard vatbaar?

“In de kleinste potjes bewaart men de beste zalf” en dat zullen ook de miniatuurpaarden geweten hebben. Deze kleine weidemaatjes kunnen immers tot wel 35 jaar of ouder worden! Niettemin lopen de allerkleinste paarden het risico op enkele (genetische) aandoeningen:
 
  • Dwerggroei: erfelijke afwijking waarbij paarden extreem klein worden geboren en duidelijk misvormd zijn. Veelvoorkomende misvormingen zijn vergroeide benen, waterhoofden en onder- of overbeten. Miniatuurpaarden die aan deze aandoening lijden, hebben vaak erg bolle buiken omdat er te weinig plaats is voor hun ingewanden, die overigens wel een normale grootte hebben. Dwerggroei kan voorkomen worden door nooit twee paarden te kruisen die beide het dwerggen kunnen doorgeven, want alleen veulens met twee dwerggenen (één van elke ouder) ontwikkelen zich ook daadwerkelijk tot een dwergpaard. Wanneer er per ongeluk toch een dwergpaard geboren wordt, zijn de afwijkingen vaak zo groot dat het dier op jonge leeftijd geëuthanaseerd moet worden. 
 
  • Gebitsproblemen: Miniatuurpaarden hebben sneller last van problemen met hun gebit. Ze krijgen moeilijkheden met eten, verliezen gewicht, krijgen een slechte adem en wondjes in hun mond. Je kan gebitsproblemen voorkomen door een keer per jaar de tandarts te laten langskomen en ervoor te zorgen dat het paard steeds iets heeft om op te kauwen zoals hooi of gras. 
 
  • Koliek: veel voorkomende ziekte bij paarden die veroorzaakt wordt door verkeerde of verandering van voeding, tumoren, te veel zand opnemen bij het grazen, slecht kauwen door gebitsproblemen… Symptomen van koliek zijn: onrustig gedrag, zweten, rollen, willen gaan liggen, met het voorbeen schrapen, naar de buik kijken of trappen, niet meer eten … Afhankelijk van de oorzaak en de ernst van de buikpijn, zal er voor een bepaalde behandeling geopteerd worden. In zeer ernstige gevallen moet het paard geopereerd worden en kan het zelfs sterven. Bij een vermoeden van koliek bel je zo snel mogelijk de dierenarts en probeer je met het paard te wandelen om hem in beweging te houden. 
twee miniatuurpaarden
Miniatuurpaarden zijn sociale dieren …
twee dravende miniatuurpaarden
… die graag het gezelschap hebben van andere paarden of pony’s

Waarop moet je letten bij het kiezen van een miniatuurpaard?

Ben je net zoals ons helemaal verliefd op het miniatuurpaard en kan je niet wachten om er eentje op je weide te zetten? Een voorbereid man is er twee waard, dus wij helpen je alvast op weg met deze checklist:
 
  • Allereerst moet je de huisvesting van je toekomstige paard in orde brengen. Je kan ervoor kiezen hem op een pensionstal of manege te stallen, maar evengoed kan je hem gewoon lekker bij je thuis houden. In dat geval heb je natuurlijk een weide en een ruime stal nodig. Miniatuurpaarden zijn iets kleiner dan andere rassen, en nemen daardoor ook iets minder plaats in beslag. Hun stal mag daarom best een beetje kleiner zijn, maar de paarden hebben nog steeds genoeg bewegingsruimte nodig! Idealiter heeft je stal of schuilhok minstens een grootte van 2 x 2,5 meter. Wat de bodembedekking betreft, heb je de keuze uit verschillende materialen zoals houtkrullen, stro, vlaslemen … Verder is er zowel een voeder- als een drinkbak aanwezig en is de stal wind- en waterdicht. 
 
  • Zorg ervoor dat je weide veilig en stevig omheind is. Je wilt natuurlijk niet dat je paard  al vanaf dag 1 ontsnapt! Controleer ook de planten en struiken die op de weide aanwezig zijn. Er zijn namelijk heel wat gewassen, zoals jacobskruiskruid, esdoorn of boterbloemen, die giftig zijn voor paarden. Behalve een groene weide is het ook handig om je paarden rechtstreeks vanuit de stal toegang te geven tot een paddock. Zo hebben ze altijd de mogelijkheid om te bewegen en te ravotten. 
 
  • Nu je helemaal klaar bent om jouw toekomstige miniatuurpaard te ontvangen, is het tijd om op zoek te gaan naar een goede verkoper. Je kan het ras op heel wat verschillende plaatsen vinden: op websites, bij particulieren, bij fokkers … Heb je een goede verkoper gevonden en ben je van plan hem een bezoekje te brengen, dan neem je best een ervaren paardeneigenaar met je mee. Hij of zij kan je begeleiden bij het uitzoeken van een geschikt paard en heeft een geoefend oog om eventuele gebreken op te sporen. 
 
  • Vooraleer je overgaat tot aankoop, controleer je of het paard zowel klinisch als röntgenologisch gekeurd is. Zo niet, laat je dit best nog door een dierenarts uitvoeren. Nadien krijg je het stamboek en vaccinatieboekje van het paard mee naar huis. 
 
  

Dit zijn nog meer (kleine) paarden- en ponyrassen
 

  • Shetlandpony: een beetje groter en vooral een beetje zwaarder en logger gebouwd dan het miniatuurpaard. Toch weet ook de shetlandpony ons hart te doen smelten met zijn schattige kopje en zoete karakter. Laat je niet misleiden, want deze ijzersterke pony’s hebben ook een ijzersterke wil waar ze niet graag van afwijken. 
 
  • Fjord: de Fjord is een stoer paard, afkomstig uit Scandinavië. Het zijn erg mooie paarden met een opvallend uiterlijk, en dankzij hun vriendelijke karakter kunnen ze met iedereen opschieten. Omdat ze wat groter zijn, zal een borstelbeurt nét iets langer duren dan bij een miniatuurpaard en ook hun mesthopen zijn van een ander formaat…
 
  • Haflinger: net zoals bij het miniatuurpaard heeft de Haflinger de grootte van een pony maar wordt hij toch bij de paarden gerekend. Haflingers hebben een geweldig arbeidsethos en een bijzonder uithoudingsvermogen. Ze zijn rustig en uiterst geschikt voor een beginnende ruiter.
 
 

Deel dit artikel

Aanbevolen artikelen