Beestig

Oorsprong – waar komt de cairn terriër vandaan?

Voor de geschiedenis van de cairn terriër nemen we je mee naar de Schotse Hooglanden, waar deze hond gebruikt werd bij de jacht op vossen, otters en dassen. Dat maakt van hem een echte ‘terriër’: een zelfstandige, geharde jachthond gespecialiseerd in de jacht op klein roofwild. Net zoals veel andere kleine terriërs, bijvoorbeeld de jack russel terriër en de Yorkshire terriër, vervulde de cairn terriër op boerderijen ook een belangrijke rol als bestrijder van ongedierte. 

Voor de verklaring van ‘cairn’ moeten ook even terugkeren in de tijd. Wanneer bij de Romeinen iemand begraven werd, legden zij een grote stapel stenen op het graf. Telkens er iemand voorbij wandelde, legde die persoon er op zijn beurt ook weer een steen bovenop. Zo’n hoop stenen werd een ‘cairn’ genoemd. Na verloop van tijd ontstond er begroeiing op deze steenhopen, waardoor het uitstekende schuilplaatsen voor vossen en dassen werden. De cairn terriër was klein en wendbaar genoeg om deze roofdieren te achtervolgen tot in hun safe house. 
 

Uiterlijk – hoe herken je een cairn terriër? 

De cairn terriër is een klein hondenras met een rechte rug, een diepe borstkas, puntige oren en een korte staart die vrolijk omhoog wijst. Het moedige hondje heeft sterke kaken, die hij nodig had om de vossen of dassen te doden tijdens de jacht. 

Door zijn verleden in de Schotse Hooglanden is de cairn terriër goed aangepast aan verschillende weersomstandigheden. Zo bestaat zijn vacht uit een zachte, korte ondervacht en een overvloedige bovenvacht. Er zijn verschillende vachtkleuren toegelaten bij de cairn terriër: tarwe, rood, crème, grijs en zelfs bijna zwart - telkens effen of gestroomd. Ook kunnen er zwarte aftekeningen op op de oren en de snuit staan. 

 
Grootte en gewicht – hoe groot en zwaar wordt de cairn terriër?

De cairn terriër wordt gemiddeld 28 à 31 centimeter groot. Daarbij hoort een gewicht tussen 6 en 7,5 kilogram. 
 

Karakter en opvoeding – de cairn terriër is een vrolijke hond

Zijn verleden als jachthond is de cairn terriër zeker nog niet vergeten, waardoor het typische jachtinstinct nog steeds sterk aanwezig is in dit hondenras. Vandaag de dag is het echter ook een vrolijke gezinshond met tonnen energie en een gezonde dosis nieuwsgierigheid. Hij houdt van spelen, graven, rennen, klimmen … Zijn drang naar beweging is werkelijk onuitputtelijk! Als je een cairn terriër in huis haalt, zal je je bijgevolg nooit vervelen. Je kan hem urenlang zoet houden door met hem te spelen, maar tegelijkertijd is de hond zelfstandig genoeg om zichzelf bezig te houden in je tuin. 

Die karaktereigenschappen hebben helaas ook hun nadelen. Want het is niet zeker dat jij de graafwerken van je miniatuur tuinaannemer altijd weet te appreciëren. Vaak worden deze honden als koppig beschreven, maar dat is slechts een logisch gevolg van hun zelfstandigheid. Een cairn terriër doet vooral wat hij zelf leuk/nuttig/nodig acht. Wil hij je aandacht en lukt het hem niet op een positieve manier, dan zal hij niet aarzelen om deze op een negatieve manier te vragen. ‘Ongehoorzaam’ is nog zo’n eigenschap die vaak op deze kleine hond geplakt wordt, maar meestal is het eerder een kwestie van ‘afgeleid raken door leukere dingen’. Je zal je cairn terriër er dus van moeten overtuigen dat samenwerken met jou hem het meest oplevert. Gebruik daarvoor een zachte, doch consequente hand en het resultaat is een gezellige hond die meestal (maar niet altijd) gehoorzaamt aan jouw wensen. 

De cairn terriër is een sociale hond. Hij houdt van spelen met zijn gezin, maar ook naar bezoekers toe heeft hij een enthousiaste houding. Dit hondenras kan prima om met andere honden en huisdieren, als daar al bij de socialisatie aandacht aan geschonken is. Het is zeker mogelijk om de cairn terriër aan te leren om vreedzaam met je kat samen te leven, maar als hij buitenshuis andere katten tegenkomt, zal zijn jachtinstinct waarschijnlijk weer naar boven komen. Ook met kinderen komt de cairn terriër doorgaans goed overeen.
 

Voeding en verzorging – welke verzorging heeft een cairn terriër nodig? 

De vachtverzorging van de cairn terriër vereist de nodige expertise, omdat deze hond een plukvacht heeft. Dat betekent dat je naast een wekelijkse borstelbeurt hem ook moet plukken om de paar maanden. Daarvoor schakel je best de hulp in van een ervaren hondentrimmer die het plukken goed onder de knie heeft, zodat dat snel en pijnloos gebeurt. 

Naast de vachtverzorging is het belangrijk om regelmatig de oren van de hond te controleren. De oorschelpen kan je schoonmaken met een wattenschijfje. Om vuilophopingen te voorkomen, kan jij (of je trimmer) het overtollige haar aan de ingang van het oor verwijderen. Ook de haren die tussen de teenkussens uitgroeien, verdienen een knipbeurt. 

Tegenwoordig is het niet meer zo gek om de tanden van je hond regelmatig te poetsen. Zo voorkom je dat er tandvleesproblemen en erger ontstaan. Leer je hond van kleinsaf op een fijne manier dat tandenpoetsen bij het leven hoort, zo heb je het langst plezier van zijn stralende glimlach. 
 

Gezondheid en levensverwachting – voor welke kwaaltjes en ziektes is de cairn terriër vatbaar?

Dit kleine hondenras kan getroffen worden door enkele genetische aandoeningen waarvoor het vatbaarder is dan andere hondenrassen.  
Leverproblemen: Bij een portosystemische shunt stroomt het bloed via een foute route, waardoor niet alle gifstoffen uit het bloed gefilterd worden. Een andere probleem dat kan optreden is chronische hepatitis, waarbij de leverfunctie systematisch verslechtert.
 

• Oogproblemen: Het grootste risico loopt dit hondenras op de ontwikkeling van glaucoom of een verhoogde oogdruk die kan leiden tot blindheid. Ook door staar of cataract kan blindheid optreden door het ondoorzichtig worden van de ooglens.
• Gewrichtsproblemen: Vooral heupdysplasie komt wel leens voor binnen dit hondenras, ondanks hun kleine gestalte.
• Atopie: bij deze huidaandoening is de hond allergisch voor een bepaalde stof in zijn omgeving, wat zich uit in bultjes en jeuk.
• Suikerziekte: bij diabetes mellitus of suikerziekte is de suikerregulatie in het bloed verstoord door een tekort aan insuline. 

 
Ondanks bovenstaande gezondheidsproblemen, bereiken de meeste cairn terriërs een mooie leeftijd met een gemiddelde van 14 jaar. Voor verschillende aandoeningen op deze lijst kunnen toekomstige ouderdieren trouwens getest worden, daarom is het belangrijk om bij een bezoek aan een fokker te vragen of je de medische testresultaten mag zien. 
 

Waarop moet je letten bij het kiezen van een cairn terriër puppy?

De zoektocht naar een puppy vormt een intense periode tijdens het voorbereiden op een hond in huis. Weersta aan de verleiding om meteen in een winkel te kopen, waar je geen enkele garantie krijgt over de afkomst en de gezondheid van je toekomstige hond. Neem contact op met een fokker die enkel dit ras (of maximaal twee rassen) fokt en die nooit meer dan twee nestjes tegelijk opvoedt. Waarschijnlijk heeft hij niet meteen een pupje ter beschikking, maar tijdens het wachten kan je reeds de ouders leren kennen, mee aftellen tot de geboorte, uitkijken naar foto’s van de zwangerschapsechografie enzovoort. Bovendien kan je vanaf de geboorte totdat je de pup mee naar huis mag nemen regelmatig langsgaan bij je toekomstige huisgenoot, zodat je niks hoeft te missen van zijn puppytijd. 

Let bij je zoektocht naar een goede fokker op volgende zaken: 
 

• Het is belangrijk om in je zoektocht altijd de gezondheid van de dieren voorop te zetten. Zoals we hierboven al gezegd hebben, kan je medische testresultaten aan de fokker vragen, maar daarnaast is het ook belangrijk om te kijken naar de dieren tijdens je bezoek. Is de puppyren schoon? Zien hun oogjes er glanzend uit? Zijn de diertjes levendig? Hoe zit het met hun gewicht? Mag je de moeder zien? 
• Bij honden zijn de eerste levensweken enorm belangrijk voor een goede socialisatie. Daarom neemt de fokker een grote rol in dit proces in. Kies voor een pup die opgroeit in een gezin dat lijkt op het jouwe. Zo maakt hij van jongs af aan kennis met allerlei dingen waar hij ook bij jou thuis geconfronteerd zal worden: kinderen, bezoek, stofzuigers, het piepje van de microgolfoven ...  Wanneer je een hondje meeneemt uit een broodfokkerij (lees: dierenwinkel), dan haal je een pup in huis die niet zo’n goede start meegekregen heeft en later vaker gedragsproblemen zal ontwikkelen. Bovendien worden er in zulke bedrijven geen (dure) medische tests uitgevoerd en kunnen de ouderdieren (die vaak in het buitenland verblijven) niet getraceerd worden. 
• Breng zeker ook eens een bezoekje aan het asiel. Daar zijn enorm veel lieve honden te vinden die daar zijn beland door een overlijden, echtscheiding of verhuis. De honden in het asiel zijn vaak al gesocialiseerd, opgevoed en zindelijk - het is een vooroordeel dat elke asielhond een rugzakje met zich meedraagt. De asielmedewerkers kennen hun dieren bovendien door en door, waardoor ze je in contact kunnen brengen met een karakter dat écht bij jouw gezin past.  

 

Nog meer kleine hondenrassen: 

• Jack russel terriër: de jack russel terriër is net als de cairn terriër een jachthond met een even onuitputtelijke energie. Ook deze terriër heeft een koppig kantje, waar je voor valt of net niet. Met zijn korte haren, hoeft de jack niet zo nodig naar de trimmer. 
• Cavalier King Charles spaniël: deze hond heeft niet zo’n sterk jachtinstinct als de terriërs hierboven. Daarom zal het misschien makkelijker zijn om hem te laten wennen aan katten of konijnen in huis. Het energiepeil van een Cavalier ligt vaak heel wat lager dan dat van een cairn terriër en het ras is doorgaans makkelijker op te voeden. 
• Amerikaanse cocker spaniël: de ‘Ami’ is een iets groter hondenras, maar hoort nog steeds bij de ‘kleintjes’. Bij dit hondenras is het belangrijk om te weten dat je wat meer tijd moet besteden aan de vachtverzorging. Met een Amerikaanse cocker haal je een echte allemansvriend in huis.