Beestig

Oorsprong – waar komt de mudi vandaan?

De mudi is een herdershond afkomstig uit Hongarije. Hij ontstond reeds aan het einde van de 19de eeuw uit kruisingen van de puli, de pumi (ook Hongaarse herdershonden) en Duitse keeshonden. In de jaren ‘30 begon museumdirecteur Dr. Deszö Fényesi met het apart fokken van de mudi, die vervolgens in 1936 officieel werd erkend. Het ras werd dan ook naar hem vernoemd en kreeg de naam Canis Ovilis Fényesi. Kort na zijn erkenning verdween de mudi bijna doordat velen van hen tijdens de Tweede Wereldoorlog werden gedood. Vanaf 1960 startten liefhebbers met de heropbouw van het ras. Het herstel was succesvol en in 2004 werd ter ere van de mudi, beschouwd als nationale schat, zelfs een speciale Hongaarse postzegel uitgebracht. 
 
Tot op vandaag is de mudi een zeer zeldzaam hondenras. Extra speciaal is zijn kleur, want de mudi is de enige herdershond die zowel bestaat in de merle vachtkleur als effen wit. Wereldwijd leven er slechts een paar duizend mudi’s, waarvan de meeste in Hongarije en Finland worden gebruikt voor het hoeden van runderen en schapen.

Uiterlijk – hoe herken je een mudi? 

Van alle Hongaarse herdershonden heeft de mudi de kortste vacht, maar de exacte lengte verschilt per lichaamsdeel. Zo heeft hij kort, glad haar op het hoofd en op de poten. Op de rest van het lichaam is zijn haar halflang, glanzend en krullend met een lengte van 3 tot 7 centimeter. Er bestaan mudi’s met zowel een volledige als een halve staart en ze kunnen ook geboren worden zonder staart. Als er een staart aanwezig is, wordt die in rust hangend gedragen. De mudi heeft een rechte, korte rug en de achterbenen staan ver uit elkaar. Het gestrekte lichaam zorgt ervoor dat hij erg snel en wendbaar is. Je kan een mudi tegenkomen in verschillende kleuren zoals zwart, bruin, grijs, grijsbruin, effen wit, crème en merle. 
 
Hij heeft een langwerpig hoofd met een puntige snuit en V-vormige oren die rechtop staan. De ogen zijn ovaal, donker en staan in een schuine positie. 

 

Grootte en gewicht – hoe groot en zwaar wordt de mudi?

Volgens de rasstandaard hebben de reuen een schofthoogte tussen 41 en 47 centimeter, terwijl de teefjes tussen 38 en 44 centimeter meten. Mannelijke mudi’s wegen gemiddeld 11 à 13 kilogram. Teefjes zijn iets lichter, hun gewicht varieert tussen 8 en 11 kilogram.

Karakter en opvoeding – de mudi is een speelse, trouwe hond

De mudi is net als andere herdershonden energiek, speels en beschikt over een groot uithoudingsvermogen. Hij doet niets liever dan spelen en rennen en heeft een voorliefde voor graven en springen. Zonder zijn dagelijkse portie beweging kan hij probleemgedrag vertonen, dus zorg dat je hem dagelijks meeneemt op minstens een lange wandeling. 
 
Daarnaast is de mudi een voortreffelijke waakhond die jou bij het kleinste vermoeden op een luidruchtige manier komt waarschuwen voor mogelijk gevaar. Overmatig blaffen is dan ook een veel voorkomende ‘klacht’ bij mudi-eigenaars, een karaktertrek die je best al van jongs af in goede banen leidt door je hond het commando ‘stil’ aan te leren. Deze hond zal je op de voet volgen, waar je ook gaat, en hecht zich meestal erg sterk aan één persoon - zonder daarbij zijn bewakingstaak van het hele gezin te verloochenen. 
 
Over het algemeen zijn mudi’s goed in de omgang met andere huisdieren en vormen ze een aangenaam gezelschap voor gezinnen en kinderen. Door zijn energieke karakter met een eigenzinnig kantje is een zachte, doch consequente opvoeding een must. Als je het goed aanpakt, ontpopt hij zich binnenshuis tot een rustige en aanhankelijke huisvriend. Mudi’s zijn bovendien intelligente honden die ontzettend graag leren. Door die leergierigheid zijn ze zeer geschikt voor verschillende hondensporten zoals agility, dog dancing, reddingswerk en schapen drijven. 

 

Voeding en verzorging – welke verzorging heeft een mudi nodig? 

De mudi wordt beschouwd als een multifunctioneel, onderhoudsvriendelijk ras waarvan de verzorging relatief gemakkelijk verloopt. Zijn vacht stoot namelijk vuil af en hoeft daarom niet vaak gewassen te worden. Een borstelbeurt per week is vaak voldoende om de haren klitvrij te houden. De meeste mudi’s genieten van een duik in een zwembad, meer of oceaan. Het is belangrijk om een plonspartij op te volgen met een stevige zoetwaterspoeling om chloor, algen of zout te verwijderen en zijn vacht weer te herstellen. 
 
Verder moet je zijn nagels regelmatig controleren en maak je best enkele keren per jaar een afspraak bij het trimsalon. Zo blijft de vacht van je hond in goede staat en is je fraaie hond weer om door een ringetje te halen!
 
Daarnaast is het heel belangrijk om het gebit niet vergeten. Door de tanden van je hond goed te verzorgen, voorkom je dat gebitsproblemen ontstaan. Begin van jongs af aan met het poetsen van zijn tanden en geef hem regelmatig tandverzorgende sticks. Om er zeker van te zijn dat jouw mudi een gezond gebit heeft, ruik je best eens aan zijn adem en bekijk je zijn tandvlees van dichtbij. Ruikt zijn adem onfris of is het tandvlees rood en gezwollen? Opgepast, dan is er wellicht iets aan de hand!

Gezondheid en levensverwachting – voor welke kwaaltjes en ziektes is de mudi vatbaar?

Over het algemeen is de mudi een sterk en gezond ras, maar sommige erfelijke aandoeningen komen vaker dan gemiddeld voor:
 

• Heupdysplasie: bij deze aandoening heeft het heupgewricht een afwijkende vorm. De verschillende delen van het gewricht zijn niet langer stevig met elkaar verbonden, wat zorgt voor instabiliteit en slijtage. Deze aandoening leidt tot veel pijn en kreupelheid bij de hond.

 

• Patella luxatie: aandoening waarbij de knieschijf naar binnen of naar buiten schiet. Bij milde vormen schiet de knieschijf vanzelf terug op zijn plaats, maar bij ernstige gevallen zal deze permanent verschuiven. De hond zal in de meeste gevallen geopereerd moeten worden. 

 

• Elleboogdysplasie: hierbij zijn drukverschillen aanwezig in het ellebooggewricht, wat zorgt voor artrose. De hond lijdt daardoor veel pijn en dat zie je aan kreupelheid. 

 

• Cataract: bij deze aandoening aan het oog verslechtert de doorzichtigheid van de lens steeds meer, waardoor het lijkt alsof er een witte waas over de ogen heen ligt. Af en toe worden enkel bepaalde delen van de lens beschadigd, maar wanneer de hele lens is aangetast, raakt de hond volledig blind. De aandoening kan behandeld worden met behulp van een speciale oogoperatie waarbij de lens vervangen wordt door een kunstlens.

 
Aangezien de mudi een zeldzaam ras is, is het des te belangrijker om op zoek te gaan naar een goede fokker die inteelt vermijdt en test voor genetische afwijkingen. Zo is de kans het grootst dat jouw toekomstige hond gezond en gelukkig door het leven dartelt. Honden van dit ras worden gemiddeld 12 tot 14 jaar oud. 

Waarop moet je letten bij het kiezen van een mudi?

Ben je na het lezen van dit artikel helemaal overtuigd dat de mudi perfect is voor jou? Dan kan nu het moeilijkste deel van je zoektocht beginnen, want mudi-fokkers zijn dun gezaaid in ons land. Laat je niet verleiden tot de aankoop van dit bijzondere ras in een dierenwinkel, daar krijg je waarschijnlijk gewoon een look-a-like mee die niet getest is op aandoeningen die zijn leven gevoelig korter (en duurder) kunnen maken. Enkele tips voor het vinden van een goede fokker: 
 

• Let op de gezondheid van de ouderdieren en de pups. Hoe ziet de vacht eruit? Hebben ze een gezond gewicht? Zijn hun oogjes glanzend? Zijn de oren en neus proper? Zo heb je al een goede indicatie over de gezondheid van de dieren. Vraag na wat de DNA-resultaten zijn van de verplichte test op oogziekten bij de ouderdieren en van de röntgenfoto’s die van heup en ellebogen gemaakt zijn. 

 

• Bovendien moet je letten op de leefomstandigheden waarin de pups en de ouderdieren leven. Hebben ze veel ruimte om rond te lopen? Zijn hun eet- en drinkbakjes schoon? Leven de dieren mee in huis zodat ze gewend raken aan de geluiden en prikkels van het gezinsleven? Als je een fokker bezoekt waarbij de pups in slechte omstandigheden leven, zal je misschien denken dat jij de pups kan redden door ze een nieuw huisje te geven. Maar eigenlijk houd je op die manier vooral dergelijke wanpraktijken in stand. Hoeveel pijn het ook doet, je laat de pups beter zitten waardoor de broodfokker geen inkomsten krijgt om verder te gaan met fokken. Anders zullen de ouderdieren telkens opnieuw nestjes krijgen in deze slechte omstandigheden …

 

• Het is erg belangrijk dat de pups goed gesocialiseerd worden. De eerste weken zijn dan ook cruciaal in de verdere ontwikkeling van het dier. Als een fokker meer dan twee nestjes tegelijkertijd heeft, kan hij onmogelijk voldoende tijd besteden aan de socialisatie van alle pups. Daardoor is de kans groter dat de pup later bepaalde angsten ontwikkelt. 

 

• Heb je de mudi van je dromen gevonden? Top! Na aankoop krijg je het vaccinatieboekje en de officiële stamboom van de hond mee naar huis. De pup hoort bovendien geregistreerd, gechipt, ontwormd en ingeënt te zijn. 

 
Zie je het helemaal zitten? Dan ben jij misschien binnenkort de nieuwe eigenaar van een mudi. Vergeet tijdens je zoektocht zeker niet langs te gaan in het asiel. Heel wat honden wachten op een nieuwe thuis en de medewerkers kunnen jou uitstekend begeleiden in de zoektocht naar een goede match! Puppy’s zijn dan wel enorm schattig, een oudere hond brengt ook heel wat voordelen met zich mee. Die is vaak reeds zindelijk, de opvoeding is al grotendeels achter de rug, gedraagt zich misschien wat kalmer en zijn eeuwige dankbaarheid zal je hart meteen laten smelten!

 

Deze herdershonden zijn minder zeldzaam
 

• Groenendaeler: groenendaelers zijn herdershond in hart en nieren en houden zich graag actief bezig. Dat maakt van hen een ideale wandel- en sportpartner, toch voor een eigenaar die weet waar hij mee bezig is. In tegenstelling tot de mudi, komt de groenendaeler enkel in een zwarte vachtkleur voor (met hier en daar een witte aftekening).

 

• Australische herder: net zoals de mudi is de Australische herder een bijzonder intelligente hond die snel leert. Hij bruist van energie en is altijd te vinden voor een spelletje. De aussie is misschien nét iets minder tolerant t.o.v. vreemde mensen en honden dan de mudi. 

 

• Border collie: dé schaapsherder bij uitstek is natuurlijk de Border collie, die bovendien een klein beetje groter en zwaarder dan de mudi. Ook dit ras heeft een uitstekend arbeidsethos, maar wanneer er verveling om de hoek loert, kan hij vervelende gewoontes creëren. De Border collie is dus enkel geschikt voor wie écht veel met zijn hond wil ondernemen.